+31318415127 info@zwemnetwerk.nl
Invoering omgevingswet uitgesteld

Invoering omgevingswet uitgesteld

14 oktober jl. heeft Minister De Jonge bekend gemaakt dat de invoering van de omgevingswet met een halfjaar wordt uitgesteld. De invoering van de omgevingswet staat nu op 1 juli 2023. In het artikel van Binnenlandsbestuur werd duidelijk dat De Jonge met dit vijfde uitstel het advies van het adviescollege ICT-Toetsing negeert. Zij raadde De Jonge bij een nieuw uitstel een fundamentele herbezinning op het digitale stelsel aan, maar hier is geen gehoor aan gegeven.

Definitieve datum

Ter onderbouwing van zijn keuze heeft De Jonge aangegeven dat hij geen steun hoort bij medeoverheden en uit het bedrijfsleven. ‘Wel hoor ik nadrukkelijk de roep om duidelijkheid over de definitieve datum.’ Deze roep om een definitieve datum geeft druk en heeft ervoor gezorgd dat overheden grote stappen voorwaarts hebben gezet.

 

Te vroeg

Volgens De Jonge drongen de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, de Unie van Waterschappen en de rijkspartijen aan om vast te houden aan de datum van inwerkingtreding per 1 januari 2023, maar lagen de provincies dwars. De geplande datum van 1 januari 2023 komt te vroeg, ‘omdat nog niet alle elementen op de voor de provincies belangrijke instrumenten, in de keten zijn beproefd.’, aldus de Jonge.

 

Extra tijd 

De nieuwe datum zorgt voor extra test- en oefentijd in de planketen en is er ook meer tijd voor het oplossen van de problemen die voortkomen uit het testen. De Tijdelijke Alternatieve Maatregelen (TAM’s) zijn minder nodig, ‘omdat de leveranciers langer de tijd hebben hun laatste software voor inwerkingtreding op te leveren’. De extra tijd heeft daarentegen ook een aantal nadelen volgens De Jonge ‘Uitstel brengt voor deze partijen extra werklast met zich mee in verband met de benodigde aanpassingen van werkwijze, wet- en regelgeving en het inrichten van de voorbereiding naar een nieuwe inwerkingtredingsdatum.’

 

Meer werk

Het nieuwe uitstel leidt er ook toe dat de instrumenten en de beleidsvernieuwingen van de Omgevingswet later ingezet kunnen worden. ‘Dit leidt tot dubbel werk voor projecten en ontwikkelingen die in voorbereiding waren.’ Tot slot leidt de nieuwe datumverplaatsing tot extra kosten voor de bevoegde gezagen en rijkspartijen.

Al met al was dit voldoende reden voor de Jonge om tot dit besluit te komen. Het biedt partijen in de zwembadbranche nog meer ruimte om zaken voor te bereiden om zo straks tot een succesvolle implementatie te komen.

Het gevaar van secondary drowning

Het gevaar van secondary drowning

Iedereen heeft wel eens gehoord over verdrinkingen. Maar wist je dat het risico op ‘secondary drowning’ ook op de loer kan liggen? In dit artikel gaan we dieper in op wat secondary drowning inhoudt en hoe je moet handelen wanneer dit risico zich voordoet.

Wat is het?

Je hebt iemand gered van verdrinking, maar dan ben je er nog niet. Er bestaat nog steeds het risico op droge verdrinking of secondary drowning. Mensen die slachtoffer zijn geweest van een bijna verdrinking moeten daarom altijd ter observatie worden opgenomen in het ziekenhuis, zodat ze daar in de gaten kunnen worden gehouden.

Secondary drowning kan optreden tot 72 uur na de bijna verdrinking. Bij een secondary drowning vullen de longblaasjes zich met vocht uit de bloedbaan. Ook verdwijnt het dunne vlies dat er normaal gesproken voor zorgt dat de longblaasjes opeen blijven. De weerstand neemt toe en het wordt moeilijker om adem te halen. Dit proces kan uren duren. Het slachtoffer stikt uiteindelijk in zijn eigen longvocht.

Hoe kan je secondary drowning herkennen?

Op het moment dat je iemand hebt gered van (bijna) verdrinking is het belangrijk om ook na de redding te letten op een aantal symptomen. Deze kunnen wijzen op secondary drowning:

  • Hoesten
  • Pijn op de borst
  • Problemen met ademhalen
  • Extreem moe voelen

Je kunt secondary drowning op meerdere manieren herkennen. Het kan zijn dat het slachtoffer verandert in zijn of haar gedrag. Het is gebruikelijk dat het slachtoffer prikkelbaar wordt en/of energietekort heeft. Dit zijn gevolgen van het zuurstoftekort dat is ontstaan door de chemische reactie in de longen.

Hoe moet je handelen?

Wanneer je te maken hebt met een verdrinking en secondary drowning is het belangrijk dat je altijd contact opneemt met professionals. Dit doe je door 112 te bellen. De professionals kunnen vervolgens een inwendig onderzoek uitvoeren en uitsluiten dat er vocht in de longen is gekomen. In veel gevallen moet het slachtoffer mee naar het ziekenhuis voor observatie. Beslis nooit zelf of er sprake kan zijn van secondary drowning, deze diagnose moet worden gesteld door een professional. Laat een slachtoffer van verdrinking daarom nooit naar huis gaan zonder dat hij/zij door een professional is onderzocht.

Voor jou als eerstehulpverlener is het belangrijk dat je goede nazorg verleent. Niet alleen voor het slachtoffer zelf, maar ook voor zijn/haar directe omgeving en omstanders. Leg daarnaast ook goed vast hoe je hebt gehandeld. Dit is belangrijk, niet alleen om van te leren, maar ook als het slachtoffer alsnog overlijdt of blijvend letsel overhoudt.

Tot slot is het belangrijk om de situatie achteraf te evalueren. Heeft iedereen zich aan het toezichtplan gehouden? Had de situatie voorkomen worden? En zo ja, hoe dan? Door met z’n allen kritisch naar de situatie te kijken kan je ervan leren en het toezichtplan eventueel aanscherpen. Wees je hierbij wel bewust van de impact die een dergelijke redding kan hebben op de redders.

 

Interview met Mitchel van Leeuwen

Interview met Mitchel van Leeuwen

Mitchel van Leeuwen is al zes jaar werkzaam bij ZwemNetwerk en is momenteel werkzaam als financieel medewerker. Mitchel heeft door de jaren heen een mooie ontwikkeling doorgemaakt binnen ZwemNetwerk. Hieronder lees je zijn verhaal.

Wil je jezelf eens voorstellen?

Mijn naam is Mitchel van Leeuwen, ik ben 21 jaar en ik ben al zes jaar werkzaam bij ZwemNetwerk. Ik studeer Bedrijfseconomie aan de Hogeschool Arnhem en Nijmegen en werk momenteel vanuit ZwemNetwerk als dagverantwoordelijke bij de Vrije Slag en als financieel medewerker op het kantoor bij ZwemNetwerk.

Hoe ben je bij ZwemNetwerk gekomen?

Ik ben op mijn zestiende in dienst gekomen bij ZwemNetwerk. Alex van Hunen (CEO) was toentertijd mijn voetbaltrainer. In deze periode belde Alex mij met de vraag of ik bij ZwemNetwerk (toen actief onder iSwim) wilde komen werken. Aan het begin twijfelde ik, want het was wel een verantwoordelijkheid die je erbij krijgt op die leeftijd. In die periode was het niet gebruikelijk dat een 16-jarige als lifeguard aan de slag ging.

In mijn beginperiode bij ZwemNetwerk waren er nog geen allround medewerkers: je had kassamedewerkers of lifeguards. Ik was de jongste lifeguard bij de Vrije Slag. Het eerste jaar vond ik het spannend, omdat je op jonge leeftijd veel moet aan kunnen spreken. Gelukkig stond er altijd wel een ervaren lifeguard bij. In mijn vierde jaar werd ik dagverantwoordelijke (teamleider) door middel van ervaring en kennis.

Hoe heb jij je de afgelopen jaren ontwikkeld bij ZwemNetwerk en wat is er in die zes jaar gebeurd?

Ik heb veel meer zelfvertrouwen gekregen de afgelopen jaren, want als je aan het zwembad staat moet je er staan. Je moet een rustige uitstraling hebben en overzicht houden. De bezoekers moeten het gevoel krijgen dat er een verantwoordelijke staat met zelfvertrouwen. Dat geeft de bezoeker een veilig gevoel. Als je aan het zwembad werkt kun je niet verlegen zijn, je moet met de bezoeker spreken. Dat kunnen leuke gesprekken zijn, maar je moet soms ook autoritair zijn zodat de regels opgevolgd worden.

Als dagverantwoordelijke stuur je mensen aan, dat betekent ook dat je mensen aanstuurt die een stuk ouder zijn dan jijzelf. Het is een uitdaging om op je negentiende leiding te geven aan een team en daarmee eindverantwoordelijke te zijn voor wat er gebeurt in het zwembad. Je moet bepaalde protocollen volgen in geval van nood. Jij bent dan de verantwoordelijke om dat goed te laten verlopen.

Wat zijn je huidige werkzaamheden?

Sinds 2022 ben ik werkzaam als financieel medewerker bij ZwemNetwerk en ik ben ook nog steeds dagverantwoordelijke bij zwembad de Vrije Slag. Verder spring ik ook bij in de horeca en ben ik verantwoordelijk voor het tellen van het geld, maak ik rapportages, offertes en facturen. Ik heb geholpen bij inrichten van het kassasysteem bij zwembad de Vrije Slag en dit hebben we ook voor zwembad ‘t Willaer gedaan.

Tijdens mijn werk voor zwembad de Vrije Slag had ik zelf aangeboden om op kantoor te komen helpen. Ik hoorde dat ZwemNetwerk nog wat financieel werk had liggen. Dit resulteerde in een stageperiode vanaf maart 2022 bij ZwemNetwerk voor mijn opleiding bedrijfseconomie. Tijdens mijn stageperiode werd ik gevraagd of ik één dag per week op kantoor wilde komen werken.

Wat zijn je doelen op de lange termijn?

Ik zit momenteel in mijn laatste jaar van de studie bedrijfseconomie. Na deze studie wil ik graag een deeltijdstudie volgen die gericht is op sport en evenementen. Omdat de bedrijfsactiviteiten hier goed op aansluiten zou ik in de toekomst iets kunnen betekenen voor ZwemNetwerk.

Wildgroei aan cao’s

Wildgroei aan cao’s

Door privatisering en marktwerking zijn zwembaden en hun cao’s in de afgelopen decennia flink veranderd. Vroeger werden veel zwembaden beheerd door gemeentes of gemeentelijke instellingen. Medewerkers werden veelal te werk gesteld volgens gemeentelijke richtlijnen en arbeidsvoorwaardes. Welke veranderingen zijn eigenlijk tot stand gekomen?

Privatisering zwembaden

In de loop der tijd hebben steeds meer gemeentes hun zwembaden ondergebracht bij stichtingen, exploitanten of commerciële partijen. Veelal kwam dit voort uit financiële overwegingen, maar ook het maken van een professionaliseringsslag speelde hierin een grote rol. Deze zogenoemde privatisering heeft ervoor gezorgd dat er verschillende cao’s hun intrede hebben gedaan in de zwembadbranche. Denk hierbij aan de cao’s Vermo (Verzelfstandigde Maatschappelijke Organisaties) en Recreatie.

Marktwerking zwemscholen

Ook onder zwemscholen treedt steeds meer marktwerking op. Dit is te zien aan de opkomst van veel zwemscholen. Veel van deze zwemscholen maken gebruik van de faciliteiten van bestaande zwembaden van bijvoorbeeld hotels of zorginstellingen. Deze zwemscholen zijn meestal niet aangesloten bij een cao en hebben daarom de mogelijkheid zelf hun arbeidsvoorwaarden te bepalen. Ook veel fitnesscentra of sportinstellingen huisvesten een zwemschool. In deze situatie is vaak de cao Sport van toepassing.

Verbindende factor

De privatisering en marktwerking hebben geleid tot een grote diversiteit een cao’s en arbeidsvoorwaarden. Om hier meer structuur in te brengen is de Wizz in 2016 opgericht met als doel zwembaden en zwemscholen een vereniging te geven om hun belangen te behartigen. De Wizz wil de verbindende factor zijn in deze wildgroei aan cao’s en arbeidsvoorwaarden. Eind juni van dit jaar heeft de Wizz daarom een verzoek gedaan bij het ministerie van Sociale Zaken om de door hun ontwikkelde cao Zwembaden en Zwemscholen algemeen bindend te verklaren. Deze cao is in samenwerking met de vakbonden FNV Publiek Belang, FNV Recreatie en CNV Vakmensen ontwikkeld. Het streven van de Wizz is dat alle zwembaden en zwemscholen deze cao gaan hanteren. Dit is een grote stap van het beëindigen van de wildgroei aan cao’s en arbeidsvoorwaarden binnen de zwembadbranche.

Wij zijn benieuwd naar jullie visie op deze ontwikkeling.

Een mooi zomerseizoen bijna ten einde

Een mooi zomerseizoen bijna ten einde

Tijdens de warme weken brachten de vele openluchtzwembaden in Nederland welkome verkoeling voor hun bezoekers. Het was een zomerseizoen met extremen. Aan de ene kant hebben we een veel mooie en warme dagen gekend met veelal mooie bezoekersaantallen. Aan de andere kant was dit ook noodzakelijk aangezien de stijgende prijzen, niet alleen van energie maar bijvoorbeeld ook van onderhoud, het noodzakelijk maakten voor openluchtzwembaden om meer inkomsten te vergaren.

Onderlinge verschillen

Ondanks de mooie zomer zien we grote verschillen tussen de openluchtzwembaden. Waar het ene zwembad mooie bezoekersaantallen kende, valt het voor het andere zwembad tegen. Waar komen deze verschillen vandaan? Het is moeilijk te zeggen. Wat wel opvalt is dat de verwarmde opeluchtzwembaden over het algemeen meer bezoekers mochten ontvangen. Ook zijn het vooral de kleinere zwembaden die naar buiten brengen dat het bezoekersaantal dit seizoen boven verwachting hoog lag. Deze zelfde verschillen zien we ook bij de openluchtzwembaden die wij vanuit ZwemNetwerk operationeel runnen. Waar de ene haar vooraf begrootte bezoekersaantal haalde, zat de ander eronder of erboven. Er is niet een lijn in te trekken.

Stijgende kosten

Wat veel openluchtzwembaden grote parten speelt dit seizoen is de toename van kosten. Zwembaden die de afgelopen jaren bezig zijn geweest met het verduurzamen van hun bad, profiteren nu optimaal van deze investering. De stijging van de energieprijzen heeft op hen minder impact, dan op de zwembaden die stoken op gas. Zo heeft Zwembad de Vrije Slag in Bennekom gedurende het zomerseizoen maar 1,5 dag hoeven draaien op gas. De rest van het seizoen hebben ze voor het warmhouden van het bad gebruik gemaakt van de zonnecollectoren en warmtepompen. De verdrievoudiging van de energieprijzen betekent voor veel zwembaden dat er meer bezoekers nodig zijn om uit de kosten te komen. Maar niet alleen de energieprijzen zijn toegenomen, maar ook kosten voor bijvoorbeeld inkoop van materialen en horeca zetten de begroting van de zwembaden onder druk. Daarbij komt het personeelstekort in de branche met daaraan gelieerd de stijgende personeelskosten.

Toekomst van de buitenbaden

De afgelopen decennia zijn vele openluchtzwembaden gesloten. Desondanks zien we veel lokale initiatieven vanuit burgers en gemeentes voor het behoud van een lokaal openluchtbad. Een ontwikkeling die we hopelijk nog vele jaren kunnen volhouden, zodat ook de komende generaties gebruik kunnen maken van deze mooie recreatie-activiteit. Welke initiatieven zouden buitenbaden kunnen ondernemen om in de periode dat ze zijn gesloten inkomsten te genereren?

Flexwerkers en ZZP’ers

Flexwerkers en ZZP’ers

Tot een aantal jaar geleden werden flexwerkers en ZZP’ers veel ingezet in de zwembadbranche. Het coronavirus heeft hier echter veel verandering in teweeg gebracht. Door de lockdowns is de flexibele schil van veel zwembaden wegbezuinigd, om op die manier een kostenbesparing te realiseren. Nu de personeelstekorten verder oplopen bieden flexwerkers en ZZP’ers weer uitkomst.

Pieken en ziekteverzuim opvangen

Het grote voordeel van werken met ZZP’ers en Flexwerkers is het snel oplossen van de problematiek die landelijk heerst: de eeuwige nachtmerrie van het personeelstekort. De kleine gaten in het rooster kunnen middels deze snelle weg worden opgevuld met deze flexibele krachten. Dat is niet altijd de goedkoopste oplossing. Toch wordt geadviseerd voor deze wat duurdere personeelstarieven te kiezen, aangezien je flexibel bent en tijdelijke problemen snel kan oplossen. Het niet oplossen van het personeelsprobleem brengt daarnaast ook andere kosten met zich mee. Denk aan personeelsuitval door ziekte, omdat er te veel op dezelfde werknemers wordt geleund. Of doordat zwemlessen simpelweg niet kunnen doorgaan en klanten weglopen. Flexibel omgaan met uren is een zeer belangrijke factor vandaag de dag.

Pluspunten voor de zweminstructeur!

Aan de kant van de zweminstructeur wordt de flexibiliteit als zeer prettig ervaren. Variatie is ook een groot pluspunt! De ene dag in het ene bad en de andere dag in het andere bad, binnenbaden afwisselen met buitenbaden. Op deze manier doet de zweminstructeur ervaring op in verschillende situaties, baden en met de verschillende methodieken. Daarnaast biedt de flexibiliteit ook vaak een mogelijkheid om meer uren te kunnen werken.

ZwemNetwerk en haar flexibele krachten

ZwemNetwerk werkt met ZZP’ers en Flexwerkers. Landelijk worden deze professionals ingezet. We zien in praktijk dat de puzzel vaak lastig op te lossen is met het eigen team. De pool van ZwemNetwerk kan hierbij voor ‘lucht’ zorgen. Wij staan voor betrokkenheid, flexibiliteit en kwaliteit. Onderscheid tussen flexwerkers en vaste medewerkers wordt tijdens een werkdag niet opgemerkt en resulteert in het feit dat de lessen zorgeloos door kunnen gaan. Wij zeggen altijd: profileren is goed, maar de juiste keuzes maken is nog veel belangrijker.

 

Ben jij ZZP-er of flexwerker? Schroom dan niet om ons te contacten. Wij staan landelijk in contact met allerlei organisaties en kunnen ongetwijfeld een mooie plek voor jou vinden!

Neem contact op met Jill Polman 📞 06-45205554  / Jill@zwemnetwerk.nl