De afgelopen weken is Nederland opgeschrikt door meerdere (bijna) verdrinkingsgevallen. Ook het CBS trekt aan de bel “Jaarlijks verdrinken er in Nederland niet rond de 100 mensen, zoals de standaard rapportages van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) aangeven, maar tussen de 250 en 300. Dat blijkt uit aanvullende analyses van de CBS-data”. Een schrikbarend aantal dat roept om actie. Niet alleen van professionals, maar ook van omstanders. Maar hoe herken je nu een persoon in nood of een (bijna) verdrinking? En wat kan je vervolgens doen? Daar besteden we in dit artikel meer aandacht aan.  

In nood? Of verdrinken?

Noodgevallen kun je niet altijd voorkomen, maar het is belangrijk dat mensen weten hoe je gevaarlijke situaties kan herkennen. We maken onderscheid tussen personen in nood en personen die aan het verdrinken zijn. Maar wat is nu het grote verschil? Personen in nood zijn nog steeds in staat om het hoofd boven water te houden en om hulp te vragen. Personen die aan het verdrinken zijn worden af en toe ondergedompeld en kunnen niet meer om hulp vragen. 

Hoe herken je de situatie?

Nu weet je wat het verschil is tussen de twee. Maar hoe kan je ze in de praktijk daadwerkelijk herkennen? Een persoon in nood herken je vaak aan roepen en/of zwaaiende armen. Ze proberen aandacht te trekken en om hulp te vragen. Dit is anders bij een persoon die aan het verdrinken is. Deze persoon heeft vaak een strakke blik, mond net boven de waterlijn en maakt of niet waarneembare zwembewegingen of juist zwaaiende zwembewegingen met weinig vooruitgang. Een persoon die aan het verdrinken is kan zowel horizontaal, verticaal als diagonaal in het water liggen. Op een gegeven moment verdwijnen ze onder water zonder geluid. Dit moment wordt bijna nooit opgemerkt en komt voornamelijk veel voor bij kinderen.

Verdrinking is het ondervinden van ademhalingsstoornissen door gehele of gedeeltelijke onderdompeling in een vloeistof. Dit hoeft niet te betekenen dat een drenkeling overlijdt. Ook is het niet per definitie zo dat vloeistof de longen binnendringt of dat de drenkeling volledig ondergedompeld is geweest. 

Wat kun je doen als omstander?

Afhankelijk van waar je aan het zwemmen bent, kunnen er wel of geen lifeguards aanwezig zijn. Herken je een risico situatie en zijn er lifeguards aanwezig, trek dan zo snel mogelijk hun aandacht (mochten ze niet al in actie zijn gekomen). Als lifeguard word je opgeleid om dergelijke situaties te herkennen en op de juiste manier te handelen. Wil je meer weten over de rol en werkzaamheden van een lifeguard, lees hier snel meer over.

Zijn er geen lifeguards aanwezig, maak dan zelf de inschatting: ben je in staat om actie te ondernemen en de betreffende persoon te helpen, zonder dat je jezelf in gevaar brengt? Hiervoor kan je de STOP procedure gebruiken: Situatie inschatten, Taak (is het jouw taak om te helpen en kan je helpen zonder jezelf in gevaar te brengen), Ongeval inschatten (wat is er aan de hand), Persoonlijke bescherming (kan je helpen zonder jezelf, het slachtoffer en/of een omstander in gevaar te brengen). Als je er uiteindelijk voor kiest om te gaan helpen, zorg dan dat hulpdiensten worden gealarmeerd en hou je eigen veiligheid altijd in de gaten! 

Bronnen: